Al-‘Oethaymien en de Algerijnse president Bouteflika
Opmerking: Al deze gesprekken zijn te beluisteren op de cassettes: « Fatâwa Al-Akâbir Fî Nâzilat Al-Jazâ’ir » en zijn neergeschreven in het boek van AbdelMalik Ramadhanî: « Fatâwâ Al-‘Oulamâ’ Al-Akâbir Fî mâ Ouhdira min dimâ’ Fîl Jazâ’ir ».
Herinnering: Al-‘Oethaymien zei ons:
و هؤلاء المحكمون للقوانين لا يحكّمونها في قضية معيّنة خالفوا فيها الكتاب و السنة, لهوى أو لظلم, لكنهم استبدلوا الدين بهذه القوانين و جعلوا هذا القانون يحل محل شريعة الله و هذا كفر حتى لو صلوا و صاموا و تصدقوا و حجوا فهم كفار..."
« Deze mensen die oordelen met uitgevonden wetten door de mensheid, doen dit niet in een particulier geval, waarin zij de Koran en de Soennah tegenspreken door hun passies te volgen en door onrechtvaardigheid, maar zij hebben zeer zeker de religie ingeruild voor deze mensgemaakte wetten. Zij hebben deze wetten in de plaats gezet van de Islamitische wet en dit is ongeloof, zelfs als deze mensen bidden, vasten, zakaat geven en de bedevaart verrichten. Zij zijn ongelovigen. » [Sjarh Ryadh Salihîn 1/508]
كالذين ينحون الأحكام الشرعية في المعاملة بين الناس، ويحلون محلها القوانين الوضعية، فهذا لا شك أنه استبدال بشريعة الله سبحانه وتعالى غيرها، وهو كفر مخرج من الملة، لأن هذا جعل نفسه بمنزلة الخالق، حيث شرع لعباد الله ما لم يأذن به الله، بل ما خالف حكم الله عز وجل، وجعله الحكم الفاصل بين الخلق، وقد سمى الله تعالى ذلك شركاً في قوله تعالى: (أَمْ لَهُمْ شُرَكَاءُ شَرَعُوا لَهُمْ مِنْ الدِّينِ مَا لَمْ يَأْذَنْ بِهِ اللَّهُ)
« Het is zoals degenen die de wetten van de Sjari’ah afschaffen in sociale zaken en deze vervangen door uitgevonden wetten. Hierover bestaat geen enkele twijfel dat dit een verwisseling is van de Wet van Allah met een andere wet. En dit is ongeloof die de verrichter ervan buiten de Islam zet, want degene die dit verricht, heeft zich op het niveau van de Schepper geplaatst, wanneer hij wettig maakt voor de dienaren van Allah wat Allah niet heeft toegestaan en nog erger is dat hij zich verzet tegen de Wet van Allah ‘Azza wa djall. En hij heeft een wet gemaakt die beslist tussen de mensen. » [Fiqh Al ‘Ibâda pg. 60]
Nochtans zei hij tijdens de burgeroorlog in Algerije in een gesprek dat dateert van 17 Dhoel Hidja 1420:
السائل: بالنسبة للحاكم الجزائري يا شيخ! الآن الشباب الذين طلعوا من السجون أكثرُهم لا زال فيهم بعض الدَّخَن، حتى وإن طلعوا من السجون وعُفي عنهم، لكن لا زالوا يتكلَّمون في مسألة التكفير، ومسألة تكفير الحاكم بالعين، وأن هذا الحاكم الذي في الجزائر حاكمٌ كافرٌ، ولا بيعة له، ولا سمع ولا طاعة لا في معروفٍ ولا في منكرٍ؛ لأنَّهم يُكفِّرونهم، ويجعلون الجزائر ـ يا شيخ! ـ أرض ـ يعني ـ أرض كفر.
الشيخ: دار كفر؟
السائل: إي، دار كفر، نعم يا شيخ! لأنَّهم يقولون: إنَّ القوانينَ التي فيها قوانين غربية، ليست بقوانين إسلامية، فما نصيحتُكم أولاً لهؤلاء الشباب؟ وهل للحاكم الجزائري بَيْعَة، علماً ـ يا شيخ! ـ بأنَّه يأتي يعتمِر ويُظهرُ شعائرَ الإسلام؟
الشيخ: يُصلِّي أو لا يُصلِّي؟
السائل: يُصلِّي يا شيخ!
الشيخ: إذن هو مسلمٌ.
السائل: وأتى واعتمر هنا من حوالي عشرين يوماً أو شهر، كان هنا في المملكة.
الشيخ: ما دام يُصلِّي فهو مسلمٌ، ولا يجوز تكفيرُه، ولهذا لَمَّا سُئل النَّبِيُّ r عن الخروج على الحُكَّام قال: (( لا ما صلَّوا ))، فلا يجوز الخروجُ عليه، ولا يجوزُ تكفيرُه، من كفَّره فهذا ... بتكفيره يُريد أن تعودَ المسألة جَذَعاً، فله بيعة، وهو حاكمٌ شرعيٌّ.
« Vraagsteller : Sjeich, wat betreft de Algerijnse regeringsleider, de jongeren die uit de gevangenis zijn en zelfs degenen die gratie hebben gekregen, stoppen niet met praten over takfier van de Algerijnse regeringsleider. Zij zeggen dat hij een ongelovige regeringsleider is die geen alliantie verdient, noch verdient hij het om naar hem te luisteren, noch om hem te gehoorzamen, zowel in goede als in slechte zaken, want zij beoordelen hem als ongelovige en zij beschouwen Algerije als een land van ongeloof.
Al-‘Oethaymien : Een land van ongeloof ?
Vraagsteller: Ja sjeich, een land van ongeloof, zij zeggen: de wetten die in dat land worden toegepast, zijn wetten van het westen en niet-Islamitische wetten. Wat is uw raad voor deze jongeren? Verdient de Algerijnse regeringsleider alliantie, wetende dat hij de Islamitische rituelen, zoals de ‘oemrah, verricht ?
Al-‘Oethaymien : Bidt hij ?
Vraagsteller : Ja, hij bidt.
Al-‘Oethaymien : Dan is hij moslim !!!
Vraagsteller: Hij heeft zelfs ‘oemrah komen doen gedurende 20 dagen of een maand en hij was in het koninkrijk van Saoedi-Arabië, o sjeich !
Al-‘Oethaymien: Zolang hij het gebed verricht, is hij een moslim en is het niet toegestaan om hem te beschouwen als een ongelovige… Het is daarom dat wanneer men vroeg aan de Profeet (salla Allahoe ‘alayhi wa salam) of het toegestaan was om in opstand te komen tegen de staatsleiders, hij (salla Allahoe ‘alayhi wa salam) antwoordde: « Neen, niet zolang zij bidden. » Het is dus niet toegestaan om in opstand te komen tegen hem en hem te beschouwen als een ongelovige … Men moet alliantie met hem aangaan en het is een wettelijke staatsleider … »
Gesprek dateert van de eerste dag van ramadan 1420:
السائل: شيخنا! ما رأيكم في قولهم أنَّه لا هدنة ولا صلح ولا حوار مع المرتدِّين؟
الشيخ: رأينا أنَّ هؤلاء ليسوا بمرتدِّين، ولا يجوز أن نقول إنَّهم مرتدُّون حتى يثبُت ذلك شرعاً.
السائل: بناءً على ماذا شيخنا؟
الشيخ: بناء على أنَّهم يُصلُّون ويصومون ويحجُّون ويعتمرون ويشهدون أن لا إله إلاَّ الله وأنَّ محمداً رسول الله.
السائل: نعم! نعم يا شيخنا!
الشيخ: فكيف نقول إنَّهم كفار على هذه الحال؟! إنَّ النبيَّ r قال لأسامة بن زيد لَمَّا قتل الرَّجل الذي ... بالسيف، فشهد أن لا إله إلاَّ الله، أنكر الرسول r على أسامة، مع أنَّ الرَّجل قال ذلك تعوُّذاً كما ظنَّه أسامة، والقصة مشهورة
« Vraagsteller: Onze sjeich, wat denkt u over degenen die zeggen dat er geen wapenstilstand, noch vrede is met de afvalligen?
Al-‘Oethaymien: Datgene wat wij denken is dat deze mensen geen afvalligen zijn, en dat het dus niet toegestaan is om te zeggen dat zij afvalligen zijn, zolang dat dit niet wettelijk bevestigd is.
Vraagsteller: Op basis van wat, O sjeich ?
Al-‘Oethaymien: Op basis van het feit dat zij bidden en vasten en de grote en kleine bedevaart doen en dat zij getuigen dat er geen ware godheid is dan Allah en dat Mohammed de Boodschapper van Allah is.
Vraagsteller : Ja sjeich!
Al-‘Oethaymien : Hoe zou men dan durven zeggen over hen dat zij ongelovigen zijn, terwijl zij zo (bidden, vasten, bedevaart doen) zijn?! Zeker de Profeet (salla Allahoe ‘alayhi wa salam) had Oesama Ibn Zayd berispt wanneer hij een man had gedood, toen deze man bij het zien van het zwaard getuigde dat er geen ware godheid is dan Allah. De profeet (salla Allahoe ‘alayhi wa salam) had Oesama berispt, terwijl deze man dit had gezegd om zich te beschermen, zoals Oesama dacht. En dit verhaal is wel gekend. »
السائل: شيخنا! مثلاً عندنا للأسف الشديد مسجد حُوِّل إلى ثكنة عسكرية، تشرب فيها الخمور، وتسمع فيها الموسيقى، وتُعطل فيها الصلاة ويسبُّ فيها الله ورسوله ـ يعني ـ هذا ما حكمه؟
الشيخ: هذا فسوق، فلا يَحلُّ تحويل المسجد إلى ثكنة عسكريَّة؛ لأنَّه تحويل للوقف عن جهته وتعطيل للصلاة فيه.
« Vraagsteller: O sjeich, helaas was er bij ons een moskee die nu omgevormd is in een militaire kazerne, waarin men wijn drinkt en naar muziek luistert en waarin men niet meer het gebed verricht en waar men Allah en Zijn Boodschapper (salla Allahoe ‘alayhi wa salam) beledigt. Wat is het oordeel hierover?
Al-‘Oethaymien : Dit is een perversie, het is niet toegestaan om een moskee te veranderen in een militaire kazerne … »
Analyse:
Al-‘Oethaymien had voordien zelf verklaard dat degene die oordeelt met mensgemaakte wetten en die de Wet van Allah vervangt door deze wetten, een ongelovige is, zelfs als hij bidt, vast en de bedevaart verricht.
Nochtans gaat hij tegen de Algerijnen totaal het tegenovergestelde van dit zeggen, nl. dat hun taghoet die bidt en die de ‘oemrah verricht, een moslim is, zelfs als hij de Wet van Allah vervangt door deze van de taghoet en zich op het niveau van de Schepper plaatst, wanneer hij wetten maakt.
En Al-‘Oethaymien weet maar al te goed dat datgene wat hij gezegd heeft tegen deze Algerijn dat dit een afschuwelijke leugen is tegenover de Islam en tegenover de moslims. Al-‘Oethaymien had gezegd:
الصحابة رضي الله عنهم قاتلوا مسيلمة وأصحابه، واستحلوا دماءهم وأموالهم مع أنهم يشهدون أن لا إله إلا الله وأن محمداً عبده ورسوله، ويؤذنون، ويصلون وهم إنما رفعوا رجلاً إلى مرتبة النبي
« De metgezellen (radiya Allahoe ‘anhoem) hebben Moessaylima en zijn aanhangers bestreden en hebben hun bloed en hun rijkdommen wettig gemaakt, ondanks zij getuigden dat er geen ware godheid is dan Allah en dat Mohammed zijn dienaar en boodschapper is, en ondanks zij de gebedsoproep deden en het gebed verrichtten. Maar zij werden bestreden gewoon omdat zij een man verheven hadden tot het niveau van profeet. » [Sjarh Kashf Sjoeboehat pg. 61]
Hij weet dus heel goed dat wanneer een persoon een deelgenoot toeschrijft aan Allah of een wet van Allah verwerpt, dat deze persoon een ongelovige wordt, zelfs als deze persoon bidt!
En hij argumenteert met de hadith van Oesâma, terwijl Al-‘Oethaymien zelf gezegd had:
وعلى كل حال فإن حديث أسامة رضي الله عنه ليس فيه دليل على أن من قال : " لا إله إلا الله" وهو مشرك يعبد الأصنام والأموات والملائكة والجن وغير ذلك يكون مسلماً.
« Om het even wat, de hadith van Oesâma (radiya Allahoe ‘anhoe) is in geen enkel geval een bewijs dat degene die zegt « Er is geen ware godheid dan Allah », terwijl hij een deelgenoot toekent aan Allah en dat hij afgoden, doden, engelen, djins of andere dan deze aanbidt, dat deze persoon een moslim is. » [Sjarh Kashf Sjoeboehat pg. 69]
Wat dan te zeggen over degene die zegt « Er is geen ware godheid dan Allah » en die « zich op het niveau van de Schepper plaatst door wetten te maken » ?!
En kijk naar de valsheid van deze man, wanneer men hem meldt dat men het huis van Allah vervangen heeft door een plaats waar men alcohol consumeert en men Allah beledigt. Hij zou nog gezegd kunnen hebben, dit is « een perversiteit » !!!!!!!!
Ibn Hazm heeft gezegd:
وَأَمَّا سَبُّ اللَّهِ تَعَالَى - فَمَا عَلَى ظَهْرِ الأَرْضِ مُسْلِمٌ يُخَالِفُ فِي أَنَّهُ كُفْرٌ مُجَرَّدٌ
« Wat betreft de belediging tegenover Allah, er is geen enkele moslim op de hele oppervlakte van deze aarde die zou tegenspreken dat dit geen ongeloof op zich is. » [Al-Mahalla 12/435]